Een Tiny House is een verzamelnaam voor heel wat verschillende soorten ‘constructies’ en niet alle constructies dienen om fulltime in te wonen of voldoen aan de Vlaamse Codex Wonen. Maar zou je ook kunnen kiezen voor een Tiny House dat wél geschikt is om in te wonen, wél voldoet aan de (energie)normen en wél vergund is… En als je daar dan voor kiest, draag je dan ook bij tot ‘oplossingen’ voor de wooncrisis?

Een Tiny House neemt niet alleen minder plaats in, maar ook minder ‘grond’ wanneer dat TH staat op een plaats die vergund is om aan ‘kleinschalig wonen’ te doen. De kavels zijn kleiner, de TH staan dichter bij elkaar of ze worden ‘geschakeld’ of ‘gestapeld’. Dat betekent dat er meer mensen op eenzelfde plek kunnen wonen, zij het met meer dichtheid per km2. De Vlaamse regels omtrent densiteit laten nu meestal niet toe dat dit gebeurt, met uitzondering van speciaal daartoe bestemde plaatsen, zoals in Huldenberg, Vlaams-Brabant.
En hoewel TH gestapeld kunnen worden, zijn het toch geen klassieke studio’s of appartementen. Het verschil zit in het ontwerp, de kwaliteit van de ruimte errond, de toepassing van ‘hacks’ als het op inrichting aankomt én hoe ‘licht en zicht’ zich verhouden tot de binnenruimte. Als Tiny Houses bij elkaar staan, en je dus eigenlijk kunt spreken van een TH terrein, dan is het eigenlijk aangewezen om ook altijd collectieve ruimtes te voorzien. Zo wordt bijvoorbeeld vermeden dat elke TH bewoner nog hokjes en koterijen bijbouwt, vaak met het risico dat het later verplicht moet afgebroken worden. Vooral een wasserette en veel berging voor grote items blijken een welkome aanvulling te zijn.

En wat met individuele TH? En wat met TH die niet voldoen aan de Wooncode? Het is een pak moeilijker om het verband te leggen tussen een THOW (klassiek is dat te klein om als woning dienst te doen) en de mogelijke bijdrage om de wooncrisis op te lossen. Want de keuze om klein te wonen is niet hetzelfde als verplicht worden om klein te wonen. En de kwaliteit van een THOW dat met veel liefde is gebouwd is ook niet hetzelfde als de kwaliteit van de ‘kamer woningen’ en ‘studio’s’ die in steden verhuurd worden door huisjesmelkers, al dan niet illegaal. Er is dus altijd een spanningsveld tussen vrijwillig klein wonen en de praktijken van huisjesmelkers die verhuren aan mensen die moéten klein wonen. En daarom is regelgeving, zowel ruimtelijke ordening als qua kwaliteit en oppervlakte van de woning zelf wél heel belangrijk.

Op welke manier kan de TH beweging bijdragen tot kwalitatief en betaalbaar wonen, inclusief woonzekerheid?
Dat vertellen we in de volgende aflevering…